Golf en cricket zijn al even typisch Engels als de boeken van Wodehouse. Die sporten komen daar dan ook erg vaak in voor. De meeste van zijn golf-verhalen (maar niet alle!) worden in het clubhuis (de ‘negentiende hole’) verteld door een verder anoniem gebleven personage dat Het Oudste Lid wordt genoemd.
Voor een niet-golfer als ik was het vaak niet eenvoudig die verhalen te vertalen, enerzijds vanwege het rijke jargon, anderzijds omdat sinds Wodehouse’ tijd de regels en gebruiken van het spel niet weinig veranderd zijn en bijv. tegenwoordig alle ‘clubs’ (de stokken) andere namen hebben gekregen. Ik heb daar zelfs de hulp van een kenner als Robert Reinders Folmer voor moeten inroepen.
In dìt verhaal worden overigens aan de ene kant de regels tot in het absurde gevolgd, terwijl het voor de rest eigenlijk een hoogst onregelementair potje is. Typisch Wodehouse dus weer.
Podcast: Play in new window | Download