Korte inhoud van het voorafgaande: Op de avond van de grote roeiwedstrijd tussen Oxford en Cambridge is Bertie Wooster nogal dronken geworden, samen met zijn vriend en oude schoolkameraad Oliver Sipperley, bijgenaamd Sippy. Deze Sippy is een schrijver, maar financieel nog erg afhankelijk van zijn tante Vera.
Overigens was Sippy op de avond van de roeiwedstrijd erg somber, omdat hij op last van deze tante Vera drie weken moest gaan doorbrengen bij vrienden van haar in Cambridge, de familie Pringle. Om die somberheid te bestrijden raadt Bertie zijn vriend aan om een agent de politiehelm van het hoofd te jatten. Dat doet hij.
Bertie en Sippy worden echter opgepakt en de volgende ochtend veroordeelt de politierechter Bertie tot een kleine boete, maar Sippy tot een verblijf van dertig dagen in de cel. Onvoorwaardelijk. Hij kan dus niet naar de Pringles. Maar anderzijds mag zijn tante Vera niet te weten komen dat hij in de gevangenis zit. Op aanraden van Jeeves besluit Bertie daarom Sippy’s plaats in te nemen bij de Pringles in Cambridge. Niemand kent Sippy daar, dus dat moet in theorie mogelijk zijn.
De Pringles bestaan uit Professor Pringle, zijn vrouw, en twee oude tantes, plus Heloïse, de dochter des huizes. Deze Heloïse lijkt sprekend op Honoria Glossop, de dochter van Sir Roderick. Bertie is ooit drie weken met Honoria Glossop verloofd geweest en heeft daar de meest afschuwelijke herinneringen aan. Hij probeert Heloïse dus te ontlopen, maar zij begint met hem te flirten.
Podcast: Play in new window | Download